12.08.2006


BORCULO - Apetrots is Bert Klein Haneveld uit Borculo. Vorige week zaterdag werd zijn duif derde in een groot concours vanaf Menen in België. Het leverde hem een vermelding op teletekstpagina 437 op. Klein Haneveld houdt de duiven samen met zijn vader, die in een verpleeghuis zit. ‘Dit is prachtig voor ons.’


Bert Klein Haneveld met zijn succesvolle duif.
Foto Henk Braakhekke.


Achter het huis van zijn ouders staan de duivenhokken. ‘Mijn vader heeft die zelf getimmerd, met een beetje hulp van mij’, zegt Bert Klein Haneveld uit Borculo. In de hokken houdt Klein Haneveld zo’n 110 duiven, waarmee hij meedoet aan wedstrijden.
De Borculoër doet mee onder de naam A. Klein Haneveld en Zoon. Tot voor kort hield Bert de duiven samen met zijn vader. ‘Tegenwoordig kan hij dat niet meer, omdat hij in een verpleeghuis woont’, zegt Klein Haneveld. Moeder Bertha neemt de zorg nu overdag op zich. ‘En ’s avonds na het werk ga ik langs het ouderlijk huis om de duiven te voeren en te trainen. Zonder de hulp van mijn moeder zou het niet lukken.’

Vader Bertus begon op achttienjarige leeftijd met duivenmelken. Eerst in zijn geboorteplaats Ruurlo en sinds 1962 in Borculo. ‘Ik ben letterlijk tussen de duiven opgegroeid, dus ik ben al vroeg met het duivenvirus besmet’, zegt de Borculose duivenmelker.
Vorig weekeinde behaalde de combinatie A. Klein Haneveld en zoon een prachtig resultaat. Op teletekst, pagina 437, stond de uitslag van de Nederlandse Postduivenhouders Organisatie (NPO) voor jonge duiven in Oost Nederland. Klein Haneveld stond maar liefst drie keer genoemd: op plek drie, zeven en negen. ‘Een teletekstvermelding is waar iedere duivenhouder het voor doet’, legt Klein Haneveld uit. ‘Dat is toch een erkenning voor de goede prestatie.’

De vlucht ging vanuit Menen in België over een afstand van 275 kilometer. Om 7.30 uur werden zo’n 14.000 duiven in de stromende regen gelost en om 11.14 uur melden zich drie duiven tegelijk op het hok in Borculo, gevolgd door een duif van een andere melker. ‘Frappant was dat ze uit het oosten kwamen, dus eigenlijk niet de kortste route’, herinnert Klein Haneveld zich. ‘Maar dat gebeurt wel vaker hoor, de route van de duif kan ook door de wind worden beïnvloed.’

De vierde duif heeft Klein Haneveld in een groot konijnenhok geplaats. ‘Dat doe ik altijd met duiven van anderen, die kunnen dan worden opgehaald of die laat ik nog een keer los.’ Het konijnhok is verduisterd met een lap. ‘Zo gaan de duiven zich niet oriënteren op deze omgeving.’

Met het registratieapparaat ging Klein Haneveld snel naar het lokaal van postduivenvereniging Steeds Sneller Borculo. Daar bleek dat zijn duiven niet alleen snel waren in clubverband, maar ook in het grote concours hoge ogen gooiden.
Het is niet de eerste keer dat duiven van Klein Haneveld en Zoon succesvol zijn. ‘We doen het echt voor de sport’, zegt Klein Haneveld. ‘Mijn vader was meteen in het begin al succesvol en dat is altijd de doelstelling geweest.’ Om de duiven in topconditie te krijgen, worden ze twee keer per dag losgelaten. ‘Dan vliegen ze ongeveer twee uur rond’, aldus Klein Haneveld. In het trainen zit niet zo heel veel werk: ‘Een duif in vorm traint zichzelf.’ Verder worden ze twee keer pag dag gevoerd. ’s Ochtends doet Bertha dat en ’s avonds haar zoon. ‘Het werk van de duivenmelker zit hem vooral in het voeren en het kweken.’

Om de duif tijdens een vlucht tot een topprestatie te bewegen zijn er wel foefjes. ‘Zo kun je een verliefd stel uit elkaar halen en één van de twee met een vlucht mee laten doen. Dan heeft die duif net dat beetje extra motivatie om harder te vliegen.’

bron: Tubantia*
http://www.tctubantia.nl/regio/berkelland/article584734.ece

*Helaas is het artikel niet helemaal correct, Met name dat de duiven in de stromende regen gelost zijn, is niet waar.

terug naar boven